Appeltaart
INGREDIËNTEN
(24cm vorm)
- 200g roomboter
- 200g witte/lichte basterdsuiker
- 400g zelfrijzend bakmeel
- 1 ei (de helft is voor het deeg, de andere helft voor het bestrijken)
- pakje vanillesuiker
- zout
- 1,5kg appels
- 7g kristalsuiker
- 3 tl kaneel
- 10g paneermeel
BEREIDING
- Klop het ei los en splits het in tweeën.
- Meng de boter, basterdsuiker, zelfrijzend bakmeel, het halve ei, vanillesuiker en een snufje zout tot een stevig deeg en verdeel in 3 delen. Kneed het deeg nog met de hand als het te korrelig blijft.
- Schil nu de appels en snij deze in plakjes. Vermeng de suiker en de kaneel, en meng dit met de appels.
- Vet de springvorm in en bestuif met bloem.
- Gebruik één deel deeg om de bodem van de vorm mee te bedekken en het tweede deel van het deeg voor de randen.
- Strooi het paneermeel op de bodem van de beklede vorm.
- Verdeel de stukjes appel over de bodem.
- Rol het laatste deel deeg uit tot een dunne lap en snij stroken van ongeveer 1 cm breed.
- Leg de stroken kruislings op de appeltaart. Smeer de stroken in met het halve ei.
- Zet de taart iets onder het midden van de oven. Bak in 60 minuten op 170 °C gaar en goudbruin.
- Laat de taart afkoelen in de vorm voordat je de ring verwijdert.